De auteur, die wetenschapsbeoefnaar is, heeft jarenlang onbevooroordeeld medisch en genetisch onderzoek gedaan naar de oorzaak van het feit dat vrouwen langer leven dan mannen, meer weerstand ontwikkeld hebben tegen ziektes en zich beter aanpassen aan veranderende omstandigheden. Hij constateert dat alles te herleiden is tot de twee x-chromosomen die vrouwen hebben, in tegenstelling tot mannen met een x- en een y-chromosoom. Deze x-chromosomen kunnen elkaar aanvullen en ondersteunen in geval van nood; bij mannen ontbreekt deze hulplijn, waardoor zij eerder bepaalde ziektes krijgen. Daarentegen valt het immuunsysteem van vrouwen vaker zichzelf aan, wat weer tot andere ziektes leidt. De auteur pleit daarom voor onderzoeken waarin niet alleen mannen centraal staan, zoals tot nu toe vaak het geval is, en voor gebruikmaking van niet alleen mannelijke proefdieren. Met veel verhelderende voorbeelden uit de praktijk worden feiten en statistische gegevens aanschouwelijk gemaakt. De auteur weet deze moeilijke materie op conversatietoon te presenteren op een manier die iedereen kan begrijpen. Met toelichtende voetnoten en verwijzingen naar literatuur en websites in eindnoten. Verberg tekst